Van de paltrok De Visscher, die in Westzaandam stond, is bijzonder weinig bekend. Pieter Boorsma slaagde er niet in zijn standplaats te ontdekken en of er balken of wagenschot met de molen werden gezaagd. Uit het transportregister van de Banne Westzanen blijkt, dat deze zaagmolen ten oosten van de Watering en ten noorden van de pelmolen De Hoop of Zandkraai stond. Aan de zuidkant stond de paltrok De Ladder Jacobs. Deze erven lagen achter het Hollandschepad .
Op de molenlijst, die in de winter van 1726 door drie schaatsenrijders werd opgesteld, komt de molen echter voor als ‘grenen wagenschotzager’.
Eigenaar was Cornelis Jacobsz Buijk, die De Visscher op 10 juli 1723 voor f. 1600,- onderbracht in een verzekeringscontract. Dat is vijf jaar eerder dan Boorsma de molen ontdekte . Buyk bleef lang actief met de molen, die uiteindelijk op 3 februari 1749 uit de verzekering werd genomen .
De deelnemers in het brandcontract hadden zich tijdens de algemene jaarvergaderingen in 1741 en 1746 genoodzaakt gezien de verzekerde waarde van de paltrokmolens terug te brengen van f. 1600,- naar eerst f. 100,- en later zelfs naar slechts f. 800,-, als gevolg van de zware crisis in de houtzagerij, waardoor tientallen molens gesloopt moesten worden.
Er volgde echter geen sloop, want op 21 december 1758 werd De Visser – toen met vermelding van de standplaats – door Cornelis Abrahamsz Prins voor f. 1250,- verkocht aan Pieter Noomen uit Oostzaandam. Hij had de crisis in de houtzagerij dus overleefd .
Een jaar later was het echter toch gedaan met De Visser, want op 14 januari verkocht Pieter Maartensz Noomen twee stukken land ‘daar de molen De Visser op staat, welke publice is verkocht om afgebroken te worden.’ Het aangeboden land was 708 roeden groot. Er stonden nog schuren en een huis op. Deze panden waren bij de verkoop inbegrepen. De Rotterdammer Anthony Terwe werd voor f. 625,- koper . Wat Terwe met dit land voor had is niet duidelijk, maar hij hield het nog tot 12 januari 1764 in bezit. Toen bleek hij het verkocht te hebben aan zijn stadgenoot Adriaan Hordijk . Kennelijk hadden de Rotterdammers al eerder zaken gedaan, want Hordijk was al eigenaar van de helft en nam in januari ’64 een half part over voor f. 450,-. De schuren ‘en andere getimmerte’ stonden er nog steeds .
Daarmee was de historie van De Visser definitief afgesloten.
Op de afbeelding: Kaart van Westzaandam, anno 1880. De Visscher stond op het lege akkertje tussen De Ladder Jacobs en De Hoop of Zandkraai.