De windbrief van De Christoffel, een wagenschotzager tussen het Otterspad en het Dr. Rogaartspad in Westzaandam, werd op 18 december 1669 afgegeven aan Jan Stoffelsz. Over deze paltrok is niet veel bekend, maar uit de verbandacte van 8 augustus 1670 blijkt dat hij op een gehuurd erf stond van Cornelis Eelmoirs c.s .
Dit erf lag ten zuiden van de Otterspadsloot, waar de molen ook ten zuiden van de paltrok De Groenlandsche Visserij stond. In 1718 werd Jan Stoffelsz nog steeds genoemd als eigenaar, want toen liet hij samen met Maritje Pieters een partij hout bij de molen veilen. Maar of dit dezelfde Stoffelsz was als de stichter is niet bekend. Het kan ook een kleinzoon zijn geweest.
In de strenge winter van 1726 werd De Christoffel of Bul door drie schaatsenrijders genoteerd op hun lijst van 110 ‘greenen balckensaagers’ in het Westzijderveld bij Westzaandam en Westzaan. Jan Haring was toen eigenaar van de molen. Deze werd in 1734 ook genoemd als eigenaar van De Twee Gebroeders, een paltrok ten zuiden van de Papenpadsloot.
De vermelding van Haring op de zgn. schaatsenrijderslijst roept wel vragen op, want op 26 april 1732 verzekerde Jan Stoffelsz de molen weer tegen brandschade. Het lijkt er dus op dat de molen verhuurd was.
In elk geval werd hij in 1746 in openbare veiling gebracht. Toen ontfermde Pieter de Jager zich voor f. 530,- over De Christoffel of Bul om hem te slopen.