Verfmolen Het Fortuin stond aan de Nauernasche Vaart ten zuiden van de Zuidersluis. Het was een grote molen, die niet verward mag worden met de mosterdmolen Het Fortuin, die ook in Krommenie stond, maar op een andere lokatie.
De verfmolen werd in 1649 gebouwd voor rekening van Dirck Jansz, die op 14 mei de windbrief kreeg. Er werd verfhout verwerkt.
Op 26 mei 1694 verzekerde Willem Dirksz de Graaf de molen. Negen jaar later werd een nieuw contract afgesloten, maar de uitkering werd toen van f. 100,- naar f. 75,- per bij heet contract aangesloten molen terug gebracht. Dit kon twee redenen hebben: de molen was in waarde gedaald of het brandcontract had aanzienlijk meer deelnemers gekregen .
In deze onderlinge verzekeringen werden de deelnemers in geval van brand aangesproken voor het bedrag, waarop zij stonden ingeschreven. Dus een molen, die voor f. 75,- verzekerd was, hoefde bij schade bij collega’s ook nooit meer dan dit bedrag uit te keren.
Op 17 augustus 1724 was De Graaf overleden. De molen werd in zijn nalatenschap genoemd, maar hij kwam hier in voor onder de naam Willem Dirksz Molenaar. Dit was dezelfde persoon als De Graaf. Hij maakte gebruik van een dubbele achternaam, een verschijnsel dat in de Zaanstreek wel meer voorkwam.
Het was overigens wel opmerkelijk, dat Het Fortuin toen nog in de boedelstaat van De Graaf, alias Molenaar voorkwam, want al op 9 januari 1712 werd de verzekering overgeschreven op naam van Jacob Gerritsz Out. Deze was nog minderjarig, zodat de honneurs werden waargenomen door Cornelis Maertensz Neeltjes, die op 30 oktober 1713 Het Fortuin op zijn eigen naam in het contract onderbracht en dat acht jaar later nog liet wijzigen.
De verzekerde som van de verfmolen was onder Out f. 2500,-, werd in 1713 f. 500,- teruggebracht, maar in 1721 opgeschroefd tot f. 3000,- . Er zullen toen wel de nodige verbeteringen zijn aangebracht.
Jacob Gerritsz Busch verzekerde Het Fortuin op 24 december 1733 in het Papiermakerscontract. Bij deze inschrijving bleek dat Cornelis Neeltjes zijn voogd was, zodat we wel kunnen stellen dat Busch en Out dezelfde personen waren. Vermoedelijk was Busch in 1733 25 jaar geworden en daardoor meerderjarig, zodat de molen definitief op zijn naam kon worden gezet. Pas op 6 februari 1768 eindigde het assurantiecontract van Busch. Op die dag werd het overgeschreven op naam van Dirk Kruyt. De molen was toen nog steeds voor f. 3500,- verzekerd . Zeven jaar later liet Kruyt dat bedrag met f. 1000,- verhogen.
Kruyt stapte in september 1780 uit het assurantiecontract. Jacob Lakeman kwam er in zijn plaats in en hij zou tot 24 maart 1812 met de molen in het Papiermakerscontract verzekerd blijven. Het ging goed met het bedrijf, want in 1801 werd de verzekerde som van Het Fortuin nog eens opgetrokken en op f. 6000,- gebracht. De economische recessie, die Europa trof door de Napoleontische overheersing en oorlogen, werd Lakeman & Oosterhoorn, waaronder Het Fortuin toen viel, te machtig. Dat betekende het einde van Het Fortuin, die in 1812 defintief verdween als gevolg van de slopershamer .
De molen was altijd gebruikt voor het breken van verfhout.
Fortuin
Type molen: verfmolen
Plaats: Krommenie
Bouwjaar: 1694