Michiel Jansz Bogart verzekerde op 1 januari 1703 de paltrok De Blauwe Valk tegen brandschade. Er is maar weinig bekend over deze wagenschotzager, die vermoedelijk al voor 1694 bestond. In de verzekeringsregisters komt de molen verder niet voor, maar in de winter van 1726 werd hij nog gesignaleerd door drie schaatsenrijders, die als eigenaar Jan Michielsz noteerden.Dit was ongetwijfeld een zoon van Bogart. Twee jaar eerder werd De Blauwe Valk nog genoemd in de boedelscheiding van Michiel Bogart, waarbij vermeld werd dat de molen aan ’s Heerenwatering stond. De juiste standplaats is nimmer achterhaald, maar in elk geval stond de paltrok dus ten westen van de latere spoorweg.
Na 1726 werd De Blauwe Valk nergens meer in de stukken aangetroffen.