In de Heijt bij de grens met Krommenie stond in Assendelft een oliemolen. Deze raakte bekend als de Haesmolen, later De Haas of Oude Haas. De molen werd al rond 1630 gemeld in een plan voor de uitwatering van de Schermer. Hij heette toen de Grauwenhaesmoolen in ’t Noordeinde van Assendelft. Over het juiste bouwjaar is niets bekend. Voor het eerst dook de molen in de stukken op in 1633, toen Bouwen Jansz 1/6de part in de molen verkocht aan Hendrik Engelsz en Trijn Pieters. Deze Trijn Pieters stamde uit de familie De Jong, die vele jaren de schouten van Assendelft leverde. Zij was weduwe van Garbrant Cornelisz, de stichter van de oliemolen De Ooievaar aan de Delft, waarin zij ook nog aandelen had.
Engelsz zou zijn aandeel in de Haesmolen de komende jaren nog vergroten. In 1634 kocht hij 1/3de part van Pieter Adrianus uit Assum en een jaar later nam hij 1/6de deel over van Trijn Pieters en haar zoon. Toen werden ook de belendingen van de molen vastgelegd. Dit waren noordoostelijk het erf van Isaac Dirksz, zuidoostelijk en westelijk Poulus Pietersz en noordwestelijk de wegsloot. De oliemolen stond dus aan de Dorpstraat.
In 1660 was Hendrik Engelsz overleden. Zijn weduwe was Aleydt Jans, die met haar zoons Jan en Engel een hypotheek op de molen nam. In deze hypotheekacte werd de Haesmolen ook als ‘Heytermolen’ omschreven.
Twee jaar later kocht Claes Jan Willemsz Keessen in oktober de molen om ‘af te breecken en te vervoeren na Zaandam’.
Volgens Pieter Boorsma bleek dit uit het verpondingsregister. Er werd een dubbele oliemolen in vermeld, waarvan Pieter Haen, ‘wonende op de Dam’, eigenaar was. Waar de molen in Zaandam terecht kwam is onbekend. De herinnering aan de Oude Haas bleef in Assendelft nog lang bestaan, want in 1693 werd nog vermeld dat de Krommenieërs Cornelis Claesz Croon en Jan de Engels – vermoedelijk de Jan Engelsz, die in 1660 samen met zijn moeder een hypotheek op de molen nam – eigenaar waren van ‘de molenwerf daer de ouwe haes op gestaen heeft.’
Boorsma voegt er nog aan toe, dat dit niet de molen was, die in Zaandijk aan de Sluissloot werd gebouwd. Dat is correct, want deze Haas was afkomstig uit Wormerveer en stond al in 1627 op zijn erf in Zaandijk. De Assendelver Haas kwam vermoedelijk in Koog aan de Zaan terecht. Daar werd in januari 1663 oliemolen De Waterhond gebouwd. Hij kwam op de hoek van de Watering en de Mallegatsloot – dus pal tegen de grens met Zaandam te staan – en Pieter Jansz Haen was de eigenaar.