’t Vissie, zoals de paltrok De Jonge Vischkooper, in de volksmond werd genoemd, stond aan het einde van het Vinkenpad ten westen van de Vaart en ten noorden van de Zeemansvaarsloot in Westzaandam. De windbrief werd op 23 juni 1670 afgegeven aan Pieter Claesz Vis, maar hij was niet de naamgever van de molen. Dat was ongetwijfeld Claes Dirksz Vischkooper, die op 6 juni 1669 het land kocht, waarop de molen werd gebouwd. Hij betaalde er f. 658,- voor .
Over de molen is maar heel weinig bekend, terwijl hij toch tot 1888 stand hield. Toen kwamen de slopers langs.
Tien jaar eerder had Cornelis Kruijfhooft, die op de Gedempte Gracht 376 in Zaandam woonde, De Jonge Vischkooper op 26 september verkocht aan Pieter Kee, die er f. 2500,- voor betaalde . Eind augustus was de wisseling van de wacht al aangekondigd door Kruijfhooft, toen hij een ‘Opruiming van Houtwaren door liquidatie’ aankondigde. Deze openbare verkoping vond plaats op het erf van de molen. Er werd ‘grenen-en vuren ribhout, bekante en onbekante vuurendeelen’ te koop aangeboden .
Kruijfhooft stopte toen dus met zijn bedrijf. Met De Jonge Vischkooper werkte hij al in 1857. Op 12 januari van dat jaar sloot hij een verzekering af via de assurantie-makelaar Wed. J. ten Veltrup in Zaandam. Bij totale verwoesting door brand zou Kruijfthooft een bedrag van f. 6000,- ontvangen. Ook blikseminslag zonder brand was verzekerd, want toen nog zeldzaamheid was. Bovendien werd vastgelegd, dat bij herbouw van de molen na een fatale brand een extra premie van f. 3000,- werd uitgekeerd.
Kruijthooft was toen ongetwijfeld actief als loonzager, want in februari verzekerde Huybert van de Stadt, een grote houtkoper in Zaandam, een lading hout, die bij De Jonge Vischkoopeer lag opgeslagen voor f. 2000,- via assurantiekantoor Willem van Orden in Zaandam. Deze verzekering liep voor een periode van twaalf maanden en werd daarna niet meer verlengd.
De molen bleef tot 20 april 1878 verzekerd op naam van de familie Kruijthooft. Die dag nam Pieter Kee de polis over. De molen stond toen voor f. 3500,- in de polis. Het woonhuis voor f. 1000,- en de noorderschuur ook voor f. 1000,-.
De molen werd in 1888 gesloopt. Huybert van de Stadt gebruikte het erf daarna voor opslag, want op 1 december 1889 sloot hij een polis af bij verzekeraar Willem van Orden voor f. 4000,- aan houtwaren ‘op het erf van de voormalige paltrok ’t Vissie.’ De molen bleef tot 20 april 1878 verzekerd op naam van de familie Kruijthooft. Die dag nam Pieter Kee de polis over. De molen stond toen voor f. 3500,- in de polis. Het woonhuis voor f. 1000,- en de noorderschuur ook voor f. 1000,-.
De molen werd in 1888 gesloopt. Huybert van de Stadt gebruikte het erf daarna voor opslag, want op 1 december 1889 sloot hij een polis af bij verzekeraar Willem van Orden voor f. 4000,- aan houtwaren ‘op het erf van de voormalige paltrok ’t Vissie.’