Het Verdolven was de vreemde naam voor de paltrok wagenschotzager, die in 1725 in de Molenbuurt in Westzaandam werd gebouwd. Hij stond niet ver van de weg en ten zuidwesten van het huidige NUON-gebouw bij de Vincent van Goghweg. Het Zaanse woord ‘verdolven’ gaf aan, dat het land waarop de molen stond, doorgraven was met allerlei slootjes en dus erg versnipperd was.
De molen stond tegenover De Eikenboom, een bovenkruier balkenzager, die pal naast de latere Prins Bernardbrug stond.
Op 22 augustus 1725 kreeg Jan Pietersz Gijsen de windbrief uitgereikt. Erg lang hield de molen het niet vol. In 1750 werd Het Verdolven alweer gesloopt. De paltrok was één van de vele slachtoffers van de recessie in de houtzagerij.
Willem Keg was op 7 januari 1736 eigenaar van de molen, die hij toen als ‘weldoortimmerde wagenshot zagersmolen’ te koop aanbood op een veiling. Keg was in 1739 eigenaar van de zaagmolen De Hoop, die hij toen uit de verzekering liet nemen. Om welke Hoop het echter ging is niet duidelijk .
Op de veiling van Het Verdolven was burgemeester Claas Salm met f. 2145,- de hoogste bieder en hij zou tot 13 januari 1750 eigenaar blijven. Die dag werd de molen voor f. 535,- geveild en kort daarna volgde de sloop. Het bedrag gaf goed aan hoer ernstig de houtzagerij in veertien jaar tijd in verval was geraakt. Salm beëindigde met de verkoop zijn carrière als houtzager. Hij was namelijk ook eigenaar van De Gekroonde Harp, die tijdens zijn bewind overigens Gekroonde Zalm werd genoemd, en deze molen werd in 1749 door hem uit de verzekering gehaald.