In Duizend Zaanse Molens geeft Pieter Boorsma een lijst van molens, die op een kaart van de westelijke Zaanoever uit 1629 staan afgebeeld. Op deze lijst komt onder nummer 25 de molen van Mighiel Jelisz uit Koog voor. Deze molen stond tegenover de Nederlands Hervormde Kerk. Ook uit 1635 bestaat een dergelijke molenkaart, maar op deze kaart komt de molen van Jelisz niet meer voor.
Inmiddels is ook de verbandacte van deze molen gevonden. Deze dateert van 20 februari 1621 en geeft een enkele onbekende details. Verbandactes hoorden bij de windbrief en de hoogte van de windpacht werd er in vastgelegd. Bovendien gaf de de overheid het recht van naasting van zijn molen en het erf, indien hij niet aan zijn verplichtingen voldeed. Uit deze acte blijkt dat de betreffende molen een zaagmolen was. Het document, dat werd opgemaakt door schout en schepenen van de Banne Westzanen, staat op naam van Jelis Mighielsz. De eigenaar, die in 1629 genoemd wordt, is ongetwijfeld een zoon van deze Mighielsz.
De hoogte van de windpacht werd vastgesteld op twee pond Vlaamse Groten van veertig ’t pond per jaar. Dit stond gelijk aan twee gulden. Hieruit kan de conclusie getrokken worden dat het om een kleinere paltrok ging. Bovenkruier zaagmolens stonden toen al op vier gulden per jaar en de meeste paltrokken moesten f. 3,- betalen .